Beschermt het kindervaccin tegen ziekte? En hoe veilig is het?

Nu de vaccinatiecampagne voor 5- tot 11-jarigen volop loopt, zitten heel wat ouders met vragen. Want de beslissing nemen voor jezelf, als volwassene, is nog iets anders dan die voor je minderjarige kind. We beantwoorden graag de vragen die ouders ons toestuurden over de wetenschap achter het vaccin.

BRON: De Standaard, 12 januari 2022, pag. 4, Dries De Smet – Sarah Vankersschaever

1. Corona treft kinderen toch amper?

Kinderen hebben het inderdaad ­zelden zwaar zitten na een corona­besmetting. Toch gebeurt het af en toe dat ze vanwege covid worden opgenomen in het ziekenhuis. Sinds het begin van de pandemie en november 2021 belandden 135 kinderen tussen 5 en 11 jaar om die reden in het ziekenhuis. Van nog eens 98 was onduidelijk of ze door of met covid opgenomen werden.

Data uit tien Europese landen laten zien dat er tussen juli en oktober 2021 één ziekenhuisopname was per 165 kinderen tussen 5 en 11 jaar die een bevestigde ­coronabesmetting met symptomen hadden. Bijna 1 op 1.500 had intensieve verzorging of beademing nodig. Kinderen zonder symptomen worden ook in andere landen vaak niet getest. In de onderzochte periode was de deltavariant dominant.

De belangrijkste complicatie na een ­coronabesmetting luistert naar de naam MIS-C. Dat is een ontstekingsziekte waarbij kinderen aanhoudende koorts hebben, en ze kan gepaard gaan met orgaanfalen. Ze steekt doorgaans pas vier tot zes weken na de besmetting de kop op.

2. Worden niet vooral kinderen die al een zwakke gezondheid hebben ­ernstig ziek na een besmetting?

Kinderen met één of meer onderliggende aandoeningen, zoals bijvoorbeeld obesitas, astma of diabetes, hebben twaalf keer meer kans om door een coronabesmetting in het ziekenhuis te belanden, en negentien keer meer kans op nood aan intensieve verzorging. Maar het Europees Centrum voor ziektepreventie en -bestrijding (ECDC) stipt ook aan dat 80 procent van de opgenomen kinderen geen onderliggende aandoening had. In New York was dat ruim de helft.

3. Zijn gevaccineerde kinderen beter beschermd tegen zware ziekte en ziekenhuisopname?

In New York is het aantal ziekenhuisopnames in een maand tijd verviervoudigd door de sterke stijging van het aantal omikronbesmettingen. Uit de voorlopig beperkte cijfers van de laatste week van 2021 blijkt dat niet-gevaccineerde kinderen in verhouding vier keer zo vaak in het ziekenhuis opgenomen worden.

Voor de oudere kinderen (tussen 12 en 18 jaar) zijn er meer gegevens beschikbaar, omdat hun vaccinaties eerder toegediend werden. Zowel in de VS als in Frankrijk blijkt vaccinatie de kans op MIS-C na een coronabesmetting met meer dan 90 procent te doen dalen. Bij de dubbel gevaccineerde jongeren in Frankrijk werden er zelfs helemaal geen gevallen met MIS-C vastgesteld. Ook in ons land blijken gevaccineerde jongeren de voorbije twee maanden een 35 keer lagere kans te hebben om door corona in het ziekenhuis opgenomen te worden. In die periode was voor 202 12- tot 17-jarigen verzorging in het ziekenhuis nodig.

4. Helpt dit vaccin wel tegen een besmetting met de omikronvariant?

Het kindervaccin van Pfizer is getest in de zomer van vorig jaar, toen van omikron nog geen sprake was. Toen werden 91 procent minder besmettingen vastgesteld bij de gevaccineerde kinderen. Maar de omikronvariant knaagt aan de werkzaamheid van de vaccins door de opgebouwde immuniteit te omzeilen. In New York bleken er in de laatste twee weken van december circa 70 procent minder besmettingen bij de gevaccineerde kinderen.

5. Zal de werking ook niet verminderen over tijd?

Dat is aannemelijk, gezien dat ook bij volwassenen en jongeren het geval is. Britse cijfers tonen aan dat de bescherming van twee dosissen na een halfjaar zo sterk verminderd is, dat een gevaccineerde nauwelijks minder besmet raakt dan een niet-gevaccineerde. De bescherming tegen ziekenhuisopnames houdt beter stand. Een derde prik verhoogt bij volwassenen de bescherming tegen een omikronbesmetting opnieuw tot 65 à 75 procent, maar ook die neemt na tien weken opnieuw af tot 40 à 50 procent.

Ook bij jongeren, die nog geen derde prik kregen, daalt de effectiviteit van het vaccin. In de meest recente periode werden bij Belgische gevaccineerde jongeren nog circa 30 procent minder besmettingen vastgesteld dan bij hun niet-gevaccineerde leeftijdsgenoten. In die periode veroorzaakte corona enkel ziekenhuisopnames bij niet-gevaccineerde jongeren.

6. Zullen kinderen dan ook drie ­prikken moeten krijgen?

‘Dat is voorlopig niet de aanbeveling’, zegt vaccinoloog Pierre Van Damme (UAntwerpen). ‘Maar een vaccinschema met drie prikken is niet zo uitzonderlijk. Bij de vaccinatie tegen hepatitis B, kinkhoest en polio worden zelfs vier prikken toegediend.’

7. Geven kinderen het minder vaak door als ze toch nog besmet raken?

Daar is voorlopig weinig over geweten. Uit een recente Deense studie blijkt dat dubbel gevaccineerde mensen die toch besmet raken 30 procent minder vaak een huisgenoot aansteken (zowel voor de ­delta- als omikronvariant). Bij wie al drie prikken kreeg, was er een vermindering van 50 procent. Voor kinderen waren er geen aparte cijfers.

8. Wachten we dan niet beter op een aangepast vaccin?

Er zijn aangepaste vaccins in de maak die een hogere bescherming kunnen bieden tegen de omikronvariant. Maar Van Damme raadt af om daar op te wachten. ‘Het duurt drie maanden om dat vaccin te maken, vervolgens moet het ook op grote schaal geproduceerd worden. De kinderversie zal dan ook nog getest moeten worden op een kleinere groep. Ik vrees dat we tegen dan al aan het einde van de zomervakantie zitten.’

9. Mijn kind raakte al besmet. Heeft de vaccinatie dan nog wel nut?

Een eerdere besmetting verkleint de kans om opnieuw besmet te raken. Maar helaas omzeilt de omikronvariant ook die bescherming: de kans op een herinfectie ligt voor die variant circa zes keer hoger, becijferden Britse wetenschappers.

Vaccinatie na een besmetting drijft de bescherming op, blijkt uit verschillende studies. In de Amerikaanse staat Kentucky bleken volwassenen die alleen bescherming genoten door een eerdere infectie ruim twee keer zo vaak herbesmet te raken dan diegenen die behalve bescherming door besmetting ook bescherming door vaccinatie hadden. ‘Met zo’n hybride ­immuniteit ben je nog beter beschermd. Zo heb je de som van natuurlijke en door vaccins opgewekte immuniteit’, zegt Van Damme.

Een Britse studie toont wel dat bij ­kinderen beduidend minder vaak een herbesmetting wordt vastgesteld. In de periode vóór de zomer van 2021 bleken kinderen tussen 5 en 11 jaar maar liefst elf keer minder herinfecties op te lopen dan 20- tot 29-jarigen. Het gros van de twintigers was toen nog niet gevaccineerd. Besmettingen bij kinderen worden wel vaker niet opgemerkt omdat ze vaker geen symptomen hebben.

10. Waarom krijgen kinderen maar een derde van de normale dosis?

Uit het onderzoek van Pfizer blijkt dat één derde van de normale dosis bij 5- tot 11-jarigen evenveel antistoffen opwekt als een normale dosis bij 16- tot 25-jarigen. Bij een lagere dosis zijn de bijwerkingen beperkter. Kinderen krijgen twee prikken, met een tussentijd van drie weken.

11. Ons kind is 11 jaar oud en wordt straks 12. Wachten we beter op het vaccin voor volwassenen?

Een hogere dosis wekt een grotere immuunrespons op. Er worden onder andere meer antistoffen aangemaakt. Maar Van Damme adviseert om niet te wachten. ‘We krijgen die vraag heel vaak. Maar ik zou de vaccinatie niet uitstellen en de eerste kans aangrijpen om je te laten vaccineren.’

12. Hebben kinderen last van het prikje?

In de VS werden ruim 42.000 kinderen nauw opgevolgd na hun vaccinatie. Na de eerste prik had één op de vijf last van vermoeidheid en één op de zeven van hoofdpijn. Na de tweede prik lag dat iets hoger. Na de eerste prik kon 8 procent niet naar school, meldt de Amerikaanse gezondheidsautoriteit CDC. Na de tweede prik was dat 11 procent.

13. Wat weten we over de mogelijke ernstige bijwerkingen bij kinderen?

In de VS werden tot midden december al 8,7 miljoen dosissen toegediend. Er werden 4.249 bijwerkingen gemeld, slechts 100 daarvan worden beschouwd als ernstig. In 29 van die 100 gevallen ging het om hevige koorts, 21 kinderen moesten overgeven, 15 hadden verhoogde troponine, een aanwijzing van hartproblemen. Er waren 15 meldingen van myocarditis, een ontsteking van de hartspier, waarvan 11 geverifieerd. Die bijwerking wordt dus bij minder dan 1 op de 500.000 prikken gemeld. Zeven van de elf waren al volledig hersteld, vier waren op het moment van de studie nog herstellende.

14. Kunnen er dan op lange termijn geen bijwerkingen zijn die vandaag nog niet gekend zijn?

‘Die angst is moeilijk te overwinnen’, stelt het Children’s Hospital in Philadelphia (VS) in een artikel met vaccinvragen. ‘Het is het equivalent van de angst voor het onbekende. Maar bedenk dit: de componenten van het vaccin blijven maar ­enkele weken in het ­lichaam. Het enige wat blijft, is ­immunologisch geheugen. Iets wat er niet is, kan geen probleem vormen.’ Van Damme stipte eerder al aan dat de eerste vaccins ruim een jaar ­geleden aan volwassenen werden toegediend, en dat er geen langetermijneffecten werden vast­gesteld. ‘Dat geldt ook voor de vruchtbaarheid: in de groepen waar er eerst gevaccineerd werd, zien we hoegenaamd geen effect op het aantal zwangerschappen. Ook bij vaccins tegen hepatitis B of kinkhoest zijn geen langetermijnbijwerkingen gekend. Vaccins trainen het immuunsysteem, dus als we nevenwerkingen zien, dan is dat in de uren, dagen of weken die volgen op de vaccinatie.’

15. Waarom zou een kind zich laten vaccineren als één op de acht volwassenen het vaccin weigert?

Het is een ethische vraag waar sommige ouders mee worstelen, merken we aan de ingezonden vragen. We vragen raad aan Patrick Loobuyck, moraalfilosoof verbonden aan de Universiteit Antwerpen. ‘De vraag is: als je die 12 procent niet-gevaccineerde volwassenen zou kunnen bereiken: zou het probleem dan opgelost zijn indien ze toch gevaccineerd zijn? Normaal gezien niet. Want de doelstelling van de vaccinatiecampagne is zoveel als mogelijk mensen vaccineren om de viruscirculatie te beperken en om de kans te verkleinen dat mensen te ziek worden. Dan maakt het niet uit wat iemands leeftijd is, of het nu kinderen of volwassenen zijn. Met andere woorden: ook kinderen spelen een rol in de vaccinatiecampagne en dat gegeven op zich is niet onethisch. Kinderen worden niet “gebruikt” als pasmunt voor de mensen die zich niet laten vaccineren. Want dat geldt voor ieder van ons: als je je laat vaccineren, doe je dat in de hoop dat ook anderen het doen. Goed wetende dat er altijd een groep zal zijn die het niet doet.’

Rond kinderen hangt natuurlijk een grotere emotionaliteit. ‘Ze hebben een apart statuut als mens, “aan een kind raak je niet zomaar”, we willen het beschermen. Dat leg je niet zomaar iets op. Hoewel het vaccin niet wordt opgelegd, het wordt gefaciliteerd. En een prikje is nu ook niet zo erg. Dus hun inspanning of ongemak is klein, maar betekenisvol. Want je doet het voor de volksgezondheid. De vaccinatiecampagne is een oefening in collectieve solidariteit, wat ook je individuele reden is om je persoonlijk te laten vaccineren. We zijn van elkaar afhankelijk of de vaccinatiecampagne lukt en dus ook van elk kind dat bereid is zich te laten prikken.’

16. Kinderen vaccineren om anderen te beschermen, dat doen we toch niet bij de andere kindervaccins?

Toch wel, stelt Van Damme. ‘Toen we in de jaren 70 begonnen met de vaccinatie tegen rodehond werden aanvankelijk alleen meisjes in­geënt. Maar dat bleek niet effectief genoeg omdat jongens het wel nog doorgaven. Daarom worden sinds 1985 ook jongens ingeënt.’

17. Kan de vaccinatie van kinderen echt een epidemiologisch verschil maken?

Uit een berekening van het ECDC blijkt dat de vaccinatie van jonge kinderen het besmettingstempo in de hele bevolking met 10 tot 15 procent kan doen dalen. Kindervaccinatie kan dus een besmettingsgolf helpen vertragen. Of zelfs helemaal af­remmen, toont een berekening van UHasselt/UAntwerpen. Als 80 procent van de kinderen tussen 5 en 11 jaar deze zomer al ingeënt was, dan was het algemene besmettingstempo voldoende gezakt om een vierde golf te vermijden. De berekening is hypothetisch: toen waren de vaccins voor jonge kinderen niet toegelaten. Er werd bij de berekening ook van uitgegaan dat de Overlegcomité dezelfde maatregelen zou genomen hebben. Uiteraard waren vaccins bij kinderen niet de enige mogelijkheid om de vierde golf in te dijken: ook met het vaccineren van volwassenen of bijkomende contactbeperkingen had dat gekund.

Verder info: webinar over vaccinatie bij kinderen, georganiseerd door stad Antwerpen en Eerstelijnszones Antwerpen.